Java en Bali

31 mei 2012 - Hoogeveen, Nederland

 

Onder het genot van een Bintang en wat borrelnoten van Garudafood hebben we de tijd gevonden om jullie iets te vertellen over de nieuwe aflevering van Adriaan van Dis (;D) a.k.a. ons Java-avontuur (en Bali). We hebben (helaas) niet de zin gevonden om het verhaal af te maken tijdens onze wereldreis. Daarom vanuit Nederland toch nog het laatste verhaal en de foto’s.

We waren gebleven bij de vliegreis. Tijdens de vliegreis zaten we naast een meisje die in Jakarta woont. Ze vertelde ons dat er geen openbaar vervoer was van de luchthaven naar de stad en dat je een taxi moest nemen. Ook waarschuwde ze ons dat je vaak afgezet wordt, ze adviseerde ons om een taxi te nemen van bluebird. Op de luchthaven ging eigenlijk alles naar wens. We konden snel door de douane en uiteindelijk vonden we zelfs een bus die ons naar het centrum van Jakarta heeft gebracht. Eenmaal in Jakarta zijn we in de hitte op zoek gegaan naar een slaapplek. Na drie weken Maleisië en een aantal dagen Singapore hadden we voor het eerst sinds tijden weer te maken met een heuse cultuurshock: ontbrekende wandelpaden of stoepen met enorme gaten erin dat je uit moet kijken dat je niet in het riool valt, scooters overal (lees: een gigantisch gebrom) en een nieuw fenomeen de angkot! Na een halfuur tot een uur gezocht te hebben naar een accommodatie, ingecheckt bij het bloemsteen hostel. Geen tophotel, maar prima voor een nacht (je raakt gewend aan ‘de’ kwaliteit, haha). Het slapen hebben we niet uitgesteld, moe van onze reis zijn we gelijk een dutje gaan doen. Toen we wakker werden op een bepaald uur tussen de middag is Bas op zoek gegaan naar wat eten. Bij zijn zoektocht naar lunch werd hij nog lastiggevallen door een hoer, deze bleef hem achtervolgen na meerdere afwijzingen van zijn kant. ‘s Avonds hebben we voor het eerst gado-gado en saté geproefd Indo style (lekker). De cultuurshock en de extreme hitte heeft ons de volgende dag al doen besluiten om verder te trekken. Met de trein zijn we die ochtend na het ontbijt richting Bogor gegaan.

Ook Bogor heeft ons maar een dag kunnen boeien. Het regende de hele dag en helaas stond de botanische tuin niet in bloei. Na ons bezoek aan de tuin zijn we met een angkot naar het buststation gereden. Angkots zijn uberkleine hop on hop off minibusjes waar je met je hoofd tegen het plafond zit (althans wji) en waar zoveel mogelijk mensen in worden gestopt. Een bijzondere ervaring! Op het busstation hebben we een minibus naar Cianjur gepakt. Vervolgens reden we een aantal uur door het draconische landschap van de Puncakpass, wat volgens onze lonely planet als fantastisch werd beschreven. In Cianjur wilde de buschauffeur ons ergens uitzetten. Wij noemden een hotel, echter niemand in de bus kende het. Verder bleken er ook ‘geen’ hotels in Cianjur te zijn. Na veel gepraat met handen en voeten ons maar naar het busstation laten brengen om dan maar door te reizen naar Bandung. Daar werden we vriendelijk gevraagd om nog eens 20.000 Roepiah neer te tellen om het feit dat ze extra moeite voor ons moesten doen (onzin!). Dit dus ook niet betaald en uitgestapt. Toen leek er eerst geen bus meer te gaan naar Bandung. Moe dat we waren na een busrit van drie uur en een beetje in paniek omdat er ‘geen’ hotel was in Cianjur en we nu op een busstation in de middle of nowhere waren, zagen we het even helemaal niet meer zitten. Totdat er ineens uit het niets een bus verscheen die heel toevallig naar Bandung ging. Snel ingestapt en op weg naar Bandung maar weer. Tijdens de rit werden we vermaakt met diverse muziekkanten die even een liedje kwamen spelen en dan weer uitstapten. Hetzelfde geldt overigens voor de vele verkopers die zo nu en dan een paar kilometer meereden en vervolgens weer met hun waar de bus verlieten (elke busrit hoorde je TAHU TAHU, TOFO TOFU, KRIPIK KRIPI, KACANG KACANG, COCA COCA, AIR AGUA, etc. [hele supermarkten werden op de arm door de bus getild]).

S’avonds laat en in het donker kwamen we aan in Bandung. Natuurlijk wisten we weer niet waar we waren, het blijft moeilijk navigeren vanuit de bus. Wij vroegen aan wat personen op het station welk busstation we waren, het bleek ten zuiden van het centrum te liggen. Niet veel later werden we zoals altijd aangesproken door mensen die geld aan ons wilden verdienen. Al gauw zaten we in een (eerder uitgelegd) angkot met een mevrouw die ons wilde helpen naar het centrum te komen. Ze maakte met handen en voeten duidelijk dat we ergens in de stad nog moesten overstappen van angkot, prima, zolang we er maar komen. Gewisseld en al kwamen we aan in het centrum en konden we zelfstandig uitvogelen waar we heen moesten voor een slaapplek. Niet veel later echter kwam er uit het niets (ze komen altijd uit het niets) een kerel naar ons toe die ons wel naar een hotel toe wilde leiden. De eerste paar hotels waren voor ons wat duur. Het laatste hotel oogde prima, een klein beetje boven het budget maar goed er was airco en warm water. Het water bleek later niet warm te worden. De dag erop zijn we naar een goedkopere kamer geswitched waar we wel warm water hadden. In Bandung hebben we verder kennis gemaakt met Java en de taal beter kunnen leren. Het gebak in Bandung heeft ons ook goed gesmaakt. Het aller-leukste in Bandung was echter de voorstelling van Saung Angklung Udjo. Een Saung Angklung is een instrument (van bamboo) dat in Bandung is bedacht door de voorouders van de dirigent van het Saung Angklung orkest. Op het terrein van de voorstelling was overigens van alles rondom de Saung Angklung te doen, o.a: een universiteit, een hotel, een snackbar/restaurant en natuurlijk een workshop waar de instrumenten werden gemaakt. De voorstelling bestond uit zo’n negen individuele voorstellingen. Elke voorstelling werd natuurlijk begeleid door de Saung Anklung en vaak ook Gamelan (Indonesisch orkest). We kregen kleine dreumesjes van 4 of 5 jaar te zien die probeerden het instrument te bespelen, een poppenspel en ook het Saung Angklung orkest was van de partij. Zelf hebben we overigens ook mogen spelen op de Saung Angklung. Met alle mensen op de tribune (zo’n 200) hebben we liedjes mogen spelen onder begeleiding van de dirigent. Iedereen kreeg een verschillende Saung Angklung (een andere klanksoort) en de dirigent gaf aan wanneer je moest spelen, zo speelden we met 200 man een liedje met 7 of 8 verschillende toonsoorten. Naast de voorstelling kwamen we eigenlijk naar Bandung om een bokkengevecht (alleen op zondag) te zien. Bij het informatiecentrum vertelden ze echter dat we naar Garut moesten gaan om dit te zien. Na twee dagen zijn we s’ochtends vroeg vertrokken naar Garut. Natuurlijk duurde de reis weer veel langer dan verwacht (geen 3 uur maar 6 of 7) en mistten we het bokkengevecht, geen ramp. Toen we ons realiseerden dat we te laat waren, hebben we aan de buschauffeur aangegeven dat we graag naar Cipanas wilden. We werden ergens afgezet en er werd ons met wat gebaren verteld dat we door moesten lopen. We realiseerden ons dat we ander vervoer moesten hebben om naar onze eindbestemming te komen. Overgestapt op een angkot werden we voor 3000 rupiah een aantal kilometer vervoerd naar Cipanas. Cipanas staat bekend om zijn water verwarmd door geothermische (?) activiteit. We vonden uiteindelijk een hotelkamer met een enorm bad met heerlijk warm water waar we dan ook uren in hebben gelegen. De volgende dagen hebben we garut en omgeving verkend en nog meer genoten van het warme water en het heerlijke Indonesische eten.

Vanuit Cipanas hebben we na twee dagen een angkot naar het centrum van garut gepakt en daar zijn we overgestapt op een angkot naar het busstation. Op het busstation werden we weer ‘aangevallen’ door mensen, binnen seconden zaten we weer in de bus naar de volgende bestemming. Deze busrit zou geen korte zijn maar dat hij uiteindelijk duurde tot 10 uur (van 10 tot 10) hadden we niet verwacht. Allereerst moesten we overstappen in Tasikmalaya. Hier moesten we een uurtje langs de weg wachten als attractie. Kennelijk zijn witte mensen nogal nieuw voor de mensen daar (overigens op veel plekken in het binnenland van Java). Na een uur kwam er een bus langs waarin we wel mee mochten naar Purwokerto. In Purwokerto moesten we volgens de buschauffeur een bus pakken naar Wonosobo onze eindbesteming. Toen we in Purwokerto aankwamen was het al zes uur s’avonds en wij hadden vrees dat er geen bussen meer zouden zijn naar Wonosobo. Gelukkig werden we binnen een paar seconden door mensen omringd en hoorden we een figuur Wonosobo zeggen. Dit betekende dat er nog een bus zou gaan naar Wonosobo. Wij volgden hem en vroegen (ondertussen in het Indonesisch) hoe duur de busrit naar Wonosobo zal zijn. Hij vertelde ons dat het welgeteld 1,5 euro kosten voor 3 uur rijden. Bij de bus hadden we nog net genoeg tijd om even wat snacks en wat drinken te kopen. De bus stroomde uiteindelijk vol en na 5 minuten vertrokken we volle vaart naar Wonosobo. De rit beviel ons niet, de mensen die in de bus werkten waren ‘cowboys’ van het ergste soort. Ze schreeuwden en floten en gedroegen zich enorm luid. Na een kwartier kwam een van de cowboys naar ons toe en vertelde ons dat we 10 euro per persoon moesten betalen naar Wonosobo. Wij schrokken, maar reageerden adequaat en zeiden, nee! We gaven hem 3 euro en toen bleef hij een minuutje ons aankijken. Uiteindelijk ging hij akkoord en stoorde ons verder niet. Met minstens 100 kilometer per uur reden we richting Wonosobo. In Wonosobo werden we gelukkig keurig afgezet bij het hotel dat wij hadden genoemd. Dit hotel bleek iets te duur te zijn. Bij het hotel werden we wel enorm vriendelijk geholpen, ze voorzagen ons van een plattegrond en vertelde ons waar goedkopere hotels waren; een paar minuten verderop aan dezelfde weg. Het Dieng-plateau, vlakbij Wonosobo, was een aangename verandering van temperatuur. Op zo’n 2 a 3 kilometer hoogte was het zo’n 15 graden, hier hebben wij de omgeving verkend en de beroemde hindoetempels bezocht.

Vanuit Wonosobo zijn we weer doorgetrokken naar Yogyakarta het toeristencentrum van Java. Dit merkten we gelijk al toen we aankwamen. Heel veel westerse mensen en heel veel Indonesische mensen die geld willen verdienen en je de hele tijd storen met allerlei kletsverhalen over speciale kunstcollecties en tentoonstellingen en weet ik wat. Toen we door de gangen (Indonesische word voor steegjes) liepen van het toeristische centrum werden we gelijk aangesproken door iemand die ons wel wilde helpen bij het zoeken van een kamer, zonder energie om hier iets van de te zeggen werden we rondgeleid door de gangen. Uiteindelijk vonden we een heerlijk guesthouse. Overigens hebben we het vaak over Indonesische mensen die je willen ‘helpen’, dit doen ze echter vaak om commissie te krijgen van het hotel of de winkel waar de toerist iets koopt. De eigenaar van het hotel of van de winkel zal de ‘helper’ een zakcentje toestoppen wanneer de toerist de jackpot heeft betaald voor de dienst of het product (het zakcentje is hierbij de wel bekende commissie die de tourist extra betaald voor de ‘hulp’). In Yogyakarta hebben we veel gedaan en gezien, laten we dit opsommen en verklaren aan de hand van foto’s: de markten bezocht, batik bekeken, het paleis bezocht, een schaduwpoppenspel bekeken, museums bezocht, prambanan bezocht, borobodur bezocht, de merapi beklommen en vast nog meer wat we nu vergeten. Kortom, Yogyakarta is ons goed bevallen, details of verhalen vertellen we graag als iemand daarin interesse heeft.

Vanuit Yogyakarta zijn we vertrokken naar Solo de batikhoofdstad van Java en je kan het misschien het kleine broertje van Yogya noemen. Het is in elk geval veel minder toeristisch. De treinreis er naar toe is misschien nog wel een leuk verhaal om te vertellen. Toen we op het treinstation aankwamen in Yogya was het negen uur s’ochtends en kochten we een treinkaartje voor half tien (s’ochtends wel te verstaan). Toen het iets voor half was vroegen wij de man naast ons of de trein die een paar seconden daarvoor was binnengereden de trein naar Solo was. Hij vertelde ons dat dit niet zo was en wij geloofden hem (het leek erop alsof hij de vraag had begrepen en hij antwoordde ontkennend). Natuurlijk bleek een kwartier later dat de persoon in kwestie de vraag niet begrepen had of willekeurig iets had geantwoord. De trein was al vertrokken. Wij gingen vervolgens op zoek naar iemand die ons kon helpen, wij zaten met een ongebruikt treinticket van een trein die al was vertrokken. Na lang zoeken en meerdere gesprekken werd het ons duidelijk dat het geen probleem was als we de volgende trein zouden pakken naar solo, echter deze vertrok pas over drie uur. Na drie uur stapten we op de trein in de hoop dat wat we deden toegestaan was en dat de rit rustig zou verlopen. Na een paar minuten was dit al niet het geval een vrouw waar wij naast zaten wilde graag ons ticket zien (misschien zaten wij op haar plek ofzo). Toen ze zag dat wij het verkeerde ticket hadden begon ze stampij te maken en keihard te schreeuwen naar de conductrice dat er iets aan de hand was. Het leek de conductrice in eerste instantie niet zoveel uit te maken, misschien omdat de trein bijna vertrok. Later bleek het wel degelijk uit te maken dat wij niet het goede ticket hadden ook al was deze nog ongebruikt. Wat daar bovenop nog eens bleek is dat we in een luxere trein zaten dan waarvoor we een ticket hadden gekocht (de trein om half tien). Nadat de hoofdconducteur was geroepen werd ons duidelijk gemaakt dat we het volgende station de trein moesten verlaten en een nieuw kaartje moesten kopen en vervolgens moesten wachten op de volgende trein (pffff we hadden al 3 a 4 uur gewacht). Wij vertelden hun zo vriendelijk mogelijk dat we dat niet wilden, was het misschien mogelijk om tegen betaling in deze trein te mogen blijven zitten? De conductrice melde al snel dat dit mogelijk was voor 1 euro extra mochten we blijven zitten. Wij waren opgelucht.

In Solo aangekomen hebben we ons laten vervoeren door een fietstaxi naar ons homestay. Het homestay waar we verbleven was een goed homestay. De familie was heel vriendelijk en behulpzaam. De ‘oom’ van de familie spoorde niet helemaal, ook maakte hij constant varkensachtige geluiden. In Solo zijn we onder andere naar de bioscoop geweest voor 1 euro. We waren de enige twee in de gehele bioscoopzaal. Verder hebben we een scooter gehuurd en zijn we naar een hindoe tempel gereden. Het scooterrijden beviel ons niet. Het was enorm druk op de weg en we reden ook illegaal omdat we niet beschikken over een internationaal rijbewijs. Later lazen we dat als we een ongeluk hadden gehad we niet gedekt zouden zijn door de verzekering en we konden rekening op een flinke boete. Na Solo hebben we weer een trein gepakt. Dit keer vertrokken we naar Surabaya, de reis verliep rustiger, het was wel gigantisch heet in de trein. In Surabaya was het lastig om goede accommodatie te vinden. Nadat we gezamenlijk een uurtje hebben gezocht met elk 10 kilo op de rug hadden we er genoeg van. Bas heeft toen zijn tas afgedaan en heeft ik heb in de schaduw met al onze spullen gewacht. Bas is toen een uurtje weg geweest en had uiteindelijk een heerlijk hotel gevonden. Samen met onze spullen zijn we vervolgens daar weer heen gelopen en zijn we de kamer ingetrokken. Wat laat in de middag, na wat gerust te hebben, zijn we naar de Krecekfabriek gegaan. Kreceksigaretten zijn sigaretten met kruidnagel er in. We hebben hier een rondleiding gehad en hebben kunnen zien hoe snel de werknemers met de handen sigaretten vouwden. Na goede nachtrust zijn we die ochtend daarop naar de dierentuin geweest. Hier hebben we de beroemde komodovaranen kunnen bezichtigen, imposant. Terug van de dierentuin zijn we weer verdergetrokken. Weer met de trein, nu richting Malang. In Malang hadden we al snel accommodatie gevonden. Onze bamboehut bevond zicht boven op het dak van het hotel. Malang zelf had niet extreem veel te bieden, we hebben ons overigens wel vermaakt. Vanuit Malang zijn we nog wel naar de Bromo vulkaan gereden. We hadden een sunrise tour geboekt en hebben de zon dan ook van het uitzichtpunt zien op gaan. Na het bezichtigen van de vulkaan vanaf het uitzichtpunt zijn we met een jeep naar de vulkaan zelf gereden. Met een aangelegde trap zijn we tot aan de krater naar boven geklommen, je moest goed oppassen dat je niet in de krater viel. Vanuit Malang hebben we een 10 uur durende busrit naar Banyuwangi genomen. Vanuit Banyuwangi wilden we de ferry naar Bali nemen. Het was echter al zo laat dat we besloten om de nacht in Banyuwangi door te brengen. Dit bleek later een zeer slechte beslissing te zijn. Nadat we hadden ingecheckt zijn we gaan eten en hebben we met skype even met onze ouders gepraat. Toen we terugkwamen zagen we tot onze schrik een handvol kakkerlakken van zo’n 3 centimeter over onze bedden en lakens lopen. We besloten weer uit te checken en ons geld terug te krijgen aangezien we de kamer nog niet hadden gebruikt. Dus midden in de nacht (het was inmiddels al 12 uur) moesten we nog op zoek naar een nieuw bed. We hebben uiteindelijk met onze tassen zo’n twee uur door de stad getrokken. In die twee uur hebben we zes hotels bezocht. Vijf van de zes waren van dezelfde kwaliteit als waar de even daarvoor hadden uitgecheckt. Het zesde hotel zat vol. Uiteindelijk hebben we rond twee/drie uur besloten om maar op de straat te blijven zitten. We hadden inmiddels al een overdekt bankje gevonden (het regende ook nog) en we zouden over niet al te lange tijd toch met de boot naar Bali vertrekken. Rond half vijf hebben we ons met een fietstaxi en een angkot naar de boot laten brengen. Kapot dat we waren hebben we de gehele overtocht geslapen. Toen we op Bali aankwamen hebben we vervolgens weer een angkot gepakt richting Lovina. In Lovina hebben we na een korte zoektocht een heerlijk resort gevonden, vooral het zwembad was aangenaam!

Over Bali zelf willen we niet te veel woorden vuil maken, er zijn nog een aantal dingen gebeurd waar naar geïnformeerd kan worden als jullie behoefte hebben daarin ;D. We hebben kunnen genieten van Bali, maar vonden het boven alles enorm toeristisch en in vergelijking heel duur. Van de zesweken die we nog hadden toen we op Bali aankwamen hebben we nog twee weken op Lombok doorgebracht. De Gili eilanden ten noordwesten van het vaste land Lombok zijn erg de moeite waard. Wij hebben een week op Gili Meno doorgebracht waar we onder andere met schilpadden hebben gesnorkeld. Weer terug op Bali hebben we nog een weekje aan het strand doorgebracht en zijn we uitgerust vertrokken (per vliegtuig 24 mei) naar Jakarta. In Jakarta hebben we een mooi hotel uitgezocht. Ook hebben we die dag voor het laatst genoten van het Indonesische eten en een film in de bioscoop. Vanaf Soekarno-Hatta international (Jakarta 25 mei) zijn we naar Kuala Lumpur vertrokken. Rond twaalf uur s’avonds hebben we vervolgens een groot Boeing vliegtuig genomen naar Amsterdam. In Amsterdam (7 uur s’ochtends) stond de hele familie ons op te wachten en zijn we na 7,5 maand weer terug in Nederland hen in de armen gevallen.

Foto’s

2 Reacties

  1. Arend en Jettie:
    31 mei 2012
    Eindelijk weer thuis wat een cultuurshock zou dat opnieuw geweest zijn. Gelukkig is alles goed verlopen en zijn jullie veilig maar wel platzak thuis. Een enorme opluchting voor de ouders en broers en zussen.Wij willen jullie bedanken voor de mooie en interessante verhalen die jullie toch maar weer telkens bleven sturen. Wij hebben zo een zicht gekregen hoe zo,n wereldreis gemaakt kan worden en wat je zoal mee kunt maken, lang niet zonder risico is het altijd geweest volgens de verhalen. Hopelijk zien wij jullie gauw. Gr. Arend en Jettie
  2. Liny en hindrik:
    1 juni 2012
    Hoi bas en lisa,

    Vanuit canada lezen we jullie laatste reisverhaal. We hopen dat jullie we een beetje gesetteld zijn in hoogeveen. Take it easy en we willen graag jullie verhalen horen als we in nederland zijn.

    Groetjes h en l